Oogsten

OOGST =  harvest, vintage,  récolte, vendange,  vendemmia, Ernte,  cosecha, vindima,  colheita, oes

De laatste weken van het groeiseizoen  verandert de samenstelling van de druif in rap  tempo. Het suikergehalte neemt 5 tot 15 gram  per dag toe, het zuurgehalte neemt af, tannine  en kleur-, geur- en smaakstoffen veranderen.  Het precieze verloop hangt af van het weer  en verschilt enigszins per druivenras. De  wijnmaker moet in deze fase bij de les blijven  om precies op het goede moment, als de druif  de gewenste samenstelling heeft, te oogsten.

Het juiste oogstmoment bepalen is cruciaal  voor de uiteindelijke wijn.

Het hele jaar door wordt er ergens in de  wereld geoogst. Op het noordelijk halfrond is  dat vooral van augustus tot december, op het  zuidelijk halfrond vooral van januari tot mei.

Het perfecte moment van plukken hangt  af van de druiven, maar zeker ook van de  wijnstijl. Voor een droge, stille rode wijn  heeft de blauwe druif in het beste geval een goede suiker-zuurbalans, een schil met veel  kleur, rijpe pitten met niet te veel tannine en  steeltjes die van groen naar bruin verkleuren,  zodat de druif makkelijk van de steel is te halen. Helaas vinden niet altijd alle processen  op het juiste moment plaats. In een droog,  warm klimaat of een heet oogstjaar kan de  rijping in de laatste weken opeens te snel  gaan, waarbij het suikergehalte omhoog vliegt  en de zuren dramatisch dalen. Dan worden  de druiven expres vroeg binnengehaald,  voordat ze volledig rijp zijn maar als ze nog  wel goed in hun zuren zitten. De wijnmaker  kan de druiven ook bewust overrijp laten  worden door ze extra lang aan de wijnstok  te laten hangen. De Franse term daarvoor  is surmaturation. De druiven verdrogen, vocht verdampt en de verschrompelde  besjes bevatten geconcentreerd sap met een  hoog suikergehalte. Alleen druivenrassen  met een dikke schil, waarbij de kans op rot  klein is, zijn geschikt voor indroging aan de  wijnstok (passerillage sur pied). De wijnen  ervan worden aangeduid met onder andere  Late Harvest, Vendange Tardive en Auslese.  Indroging van de druiven kan ook na de oogst  plaatsvinden, buiten in de zon of in speciale  droogschuren; dit heet appassimento.

MET DE HAND OF MACHINAAL

Oogsten gebeurt met de hand of met de  machine. Getrainde plukkers die precies  de goede trosjes van de wijnstok knippen,  zijn goud waard, maar ook duur en relatief  langzaam. De plukmachine is snel en veel  goedkoper. Een willekeurige hectare met  de hand plukken kost circa € 600, met een  machine circa € 300. Hoewel de moderne  machines uitstekend werken, wordt er nog  veel met de hand geoogst. Soms vanwege

de kwaliteit van de wijn, soms omdat de  wijngaard ongeschikt is voor de machine.  De inrichting van de wijngaard moet voor  machinale oogst aan bepaalde voorwaarden  voldoen wat betreft de geleiding van de  wijnstok en de hoogte waarop de druiven  hangen. Sommige wijngaarden zijn door hun  hoge of steile ligging voor een plukmachine  onbereikbaar.

VAN WIJNGAARD NAAR KELDER

Zodra de druif van de wijnstok is, begint het  ‘bederf’. Eenmaal geplukt moeten de druiven  dus zo snel mogelijk naar de plaats waar  ze verwerkt worden. Tijdens het transport  kan er van alles misgaan: beschadiging van  de druiven, ontstaan van spontane gisting  en oxidatie. Om beschadiging te voorkomen  worden de druiven meestal in kleine kratten  vervoerd. Spontane gisting en oxidatie

worden zo veel mogelijk voorkomen door het  fruit gekoeld te vervoeren en/of te zwavelen  ( meer over sulfiet op blz. 51). Bij  koel weer blijft de kwaliteit van de geplukte  druiven beter. Daarom wordt er in gebieden  waar het tijdens de oogst nog zinderend heet  kan zijn, ’s nachts en ’s ochtends heel vroeg  geoogst.