Wijngaardbeheer

Wat gebeurt er het jaar rond in de wijngaard?

Klimaat en bodem staan vast. Hoe je ermee omgaat niet. Dat is mensenwerk, het werk van de wijnbouwer. Dat werk begint  officieel met de keus van de locatie voor een wijngaard en de druivenrassen. In de praktijk ligt het meestal anders. De wijngaard is er, die ligt er al jaren of eeuwen, en daarmee moet de wijnbouwer het doen. De manier waarop de wijngaard wordt bewerkt,  heeft hij wel zelf in de hand.

WERKZAAMHEDEN HET JAAR ROND OP HET NOORDELIJK HALFROND

JANUARI / FEBRUARI : WINTERSNOEI 

WAT?  De wijnstok ziet er dood uit. De droge, verhoute takken worden verwijderd. In  de wijngaard zie je vaak kleine vuurtjes  waar de takken worden verbrand. Het  snoeihout wordt ook wel bewaard om  ovens en barbecues mee te stoken.

WAAROM? De wijnstok is een woekeraar die elk jaar  teruggesnoeid moet worden. Zo houdt  hij de juiste proporties van stam, takken  en knoppen en wordt de hoeveelheid  druiven die hij maximaal kan vormen  geregeld. Hij blijft in balans.

MAART / APRIL / MEI: VROEGE SNOEI 

WAT? Eerst worden er knoppen gevormd.  Die botten uit tot dunne twijgen en  bladeren. Als de groei heel uitbundig is,  worden overtollige ranken en bladeren  weggehaald. Dat kan zowel met de  hand als met een snoeimachine. Vroeg  snoeien wordt ook wel ‘dieven’ genoemd.

WAAROM? Om te voorkomen dat de plant gaat  woekeren. De wijnstok wordt in balans  gehouden, zodat hij zijn energie in de  blijvende ranken steekt.

JUNI / JULI: GELEIDEN & BESCHERMEN

WAT? De plant is nu volop aan het groeien.  Jonge loten worden aan draden omhoog  gebonden, zodat ze optimaal van het  zonlicht kunnen profiteren.

WAAROM? De jonge, slappe loten hebben de  neiging zich om elkaar, om de wijnstok  of om eerder gespannen draden heen  te slingeren. Het kan ook zijn dat ze  voorover vallen. Ze houden elkaar dan in de schaduw. Door ze omhoog te leiden  en aan draden vast te zetten ontstaat er  een ‘keurige’, overzichtelijke loofwand.  De zon kan er dan goed bij en bij vochtig  weer kan de wind makkelijk door de  bladeren waaien om de planten te  drogen. Dat voorkomt schimmel en rot.

BESCHERMEN 

WAT?  De wijngaard is inmiddels groen  en aan de stokken hangen druiven.  Schimmelziektes en ander ongedierte  liggen op de loer. Bij vochtig weer  wordt er gespoten met een middel om  de ziektes te voorkomen of te bestrijden.  Soms gebeurt dat handmatig, met een  klein sproeitankje op de rug, soms met  een machine of met een helikopter.

WAAROM? Om ziektes te weren en ongedierte te  bestrijden. Het doel is een gezonde oogst  met rijpe druiven.

BIOLOGISCHE AANPAK Steeds meer wijnbouwers werken biologisch. Een belangrijk verschil met  conventionele (niet-biologische) wijnbouw is dat biologische wijnboeren geen  chemische bestrijdingsmiddelen gebruiken om ziektes en ongedierte te voor komen of te vernietigen. Een ziekte of een plaag wordt gezien als een teken  dat de plant uit balans is. De behandeling is er vooral op gericht om die balans  te herstellen. Voor het bestrijden van schadelijke insecten worden natuurlijke  vijanden ingezet, bijvoorbeeld speciale spinnetjes die zich voeden met blad luis. Biologische wijnbouwers werken ook niet met kunstmest om de plant  beter of sneller te laten groeien.

AUGUSTUS: GROENE SNOEI & GROENE OOGST

WAT?  Takken en bladeren blijven doorgroeien,  maar de energie van de wijnstok moet  juist naar de druiven. Die moeten rijpen.  Daarom wordt het groene gebladerte  gesnoeid.

WAAROM? De wijnstok kan dan alle energie in de  druiven steken, zodat die goed rijpen.

GROENE OOGST 

WAT?  De druiven worden dikker en verkleuren  van felgroen naar geelgroen voor witte  druiven en naar roodachtig blauw voor  blauwe druiven. Sommige druiven  kleuren niet mee en blijven groen.  Die worden weggeknipt. Als er te veel  trossen aan een wijnstok hangen, worden  er enkele weggehaald, ook al zijn ze rijp.

WAAROM? Om de kans te verkleinen dat er onrijpe  druiven in de oogst terechtkomen.  Onrijpe druiven maken de wijn zuurder  en stugger. Overtollige trossen worden  weggehaald om het evenwicht in de  wijnstok te bewaren, zodat hij zijn energie optimaal kan verdelen. Door het weghalen van druiven wordt de oogst  kleiner, maar de druiven die overblijven  zijn beter ontwikkeld.  

SEPTEMBER / OKTOBER: OOGST 

WAT?  De druiven worden binnengehaald.  Oogsten gebeurt met de hand of met een  machine. Het exacte moment waarop  wordt geoogst, is de belangrijkste  beslissing van het jaar. De oogst is het begin van de wijnbereiding. Het  oogstmoment wordt bepaald aan de  hand van de rijpheid van de druiven, het  suikergehalte en de verhouding tussen  suiker en zuren. De wijnbouwer kan de  rijpheid van de druiven op verschillende  manieren controleren.

NOVEMBER / DECEMBER: RUST 

WAT?  De wijnstokken komen bij van de geleverde inspanning. Als de winter  koel is, krijgen ze rust. Ze sluimeren,  hebben niet de neiging om knoppen te  gaan vormen en ze sterken aan. Koel  is perfect, maar het mag niet te koud  worden. Slapende wijnstokken kunnen  doodvriezen als de temperatuur voor  langere tijd onder de -15 ºC daalt.

WAAROM? Om te herstellen en energie op te doen  voor een nieuw seizoen.